Gepubliceerd op 05-05-2017

De stijging van het aantal boetes voor kleine snelheidsovertredingen stuit op veel weerstand. Zowel de voorzitter van de politievakbond als VVD-Kamerlid Barbara Visser zijn kritisch over de toename. Laatstgenoemde heeft inmiddels Kamervragen gesteld over deze kwestie aan de ministers van zowel Veiligheid en Justitie als van Infrastructuur en Milieu.

Vorige maand meldde AD dat in 2016 fors meer bekeuringen zijn uitgedeeld aan automobilisten die een paar kilometer te hard reden dan in 2014. In dat jaar vielen er 2,4 miljoen boetes voor maximaal vijf kilometer te hard rijden op de mat. Vorig jaar steeg dat aantal naar 3,1 miljoen. Dat is een toename van ruim dertig procent, terwijl het totale aantal bekeuringen voor te hard rijden ‘slechts’ met achttien procent steeg in dezelfde periode.

De meest lucratieve flitspaal stond vorig jaar in Hilversum, met meer dan honderdduizend boetes in één jaar. Dat is gemiddeld elke vijf minuten een bekeuring, dag en nacht. De bewuste paal noteerde vorig jaar 69.000 overtredingen voor 1 kilometer te hard rijden, na sneldheidscorrectie,

Belachelijk

Geert Priem is voorzitter van de politievakbond ANPV en noemt de stijging ‘belachelijk’. Volgens hem is het een verkapte vorm van belasting, die frustrerend werkt voor burgers. Ook schaadt het de geloofwaardigheid en het gezag van de politie, zegt Priem in het dagblad. Hij vindt het belangrijker dat hufterig verkeersgedrag wordt aangepakt, zoals bumperkleven of rechts inhalen.

Ook parlementariër Barbara Visser is kritisch en heeft inmiddels Kamervragen gesteld over de kwestie. Zij wil van het kabinet weten wat de verklaring is voor de stijging van de boetes. Ook vraagt ze of de ministers zich kunnen vinden in de kritiek van de vakbondsman en of zij van mening zijn dat de aanpak van huftergedrag belangrijker is.

Bron: Verkeerspro.nl